Adrianus Doolaard, geboren op 10 december 1909 in Goudswaard, was de zoon van Pleun Doolaard (1871-1957) en van Dirkje in ’t Veld (1870-1942).
Adrianus Doolaard was in de meidagen 1940 ingedeeld bij de mitrailleurcompagnie van het 2e bataljon van het 27e Regiment Infanterie (MC-II-27 RI). Op 11 mei 1940 maakte zijn bataljon deel uit van Vak Bakel van de verdediging langs de Zuid-Willemsvaart in Noord-Brabant. Als gevolg van de Duitse opmars werd rond drie uur in de middag van 11 mei besloten om de stellingen op te geven. Het regiment had nog geen enkel contact gehad met de Duitse troepen. Zijn legeronderdeel kreeg bevel zich te terug te trekken op Sint-Oedenrode. Rond één uur in de nacht kwamen ze daar aan en werden in twee boerderijen ondergebracht. Adrianus Doolaard bracht de nacht door in de boerderij van de familie Van Acht in het buurtschap de Sloef. In de ochtend van 12 mei stuurden de in Sint-Oedenrode aanwezige Duitsers een verkenningseenheid naar de boerderij. De Nederlandse militairen werden opgemerkt en raakten in gevecht met de Duitsers. Zes Nederlandse militairen sneuvelden, waaronder Adrianus Doolaard, die in zijn hoofd geraakt werd. Ook de uit Heinenoord afkomstige Cornelis van ’t Hof kwam hierbij om het leven.
De naam van Adrianus Dolaard en zijn nagedachtenis leven voort op Het Herdenkingsmonument Korendijk in Piershil
Bronnen
Laatst bijgewerkt 12 maart 2025